WATCHING MAGAZINE Nummer 1 // 2024
Nummer 2 verschijnt in juni 2024

Artikelen

Image

De comeback van de manufacture Oris

Tekst Elzemarie Karsdorp Foto's Oris

110 jaar mechanisch en onafhankelijk

110. Dat is het getal waar alles dit jaar om draait bij Oris. Het merk viert dat het 110 jaar geleden werd opgericht en dat het op geheel eigen wijze de crisis in de horloge-industrie te boven is gekomen. Hoe? Door te kiezen voor onafhankelijkheid en het mechanische uurwerk. Er is veel geduld voor nodig geweest, maar het merk doet nu weer waar het groot mee is geworden: de ontwikkeling van een volledig eigen uurwerk. De naam spreekt voor zich: kaliber 110.

De historie van Oris is een verhaal dat leest als een spannend boek. Een boek met een veelbelovend begin, gevolgd door hoofdstukken over goede tijden en hoogtepunten, maar ook over slechte tijden en tegenslagen en met uiteindelijk de goede afloop waar iedereen op hoopte. Een boek bovendien met een duidelijke rode draad die door de 110-jarige geschiedenis loopt. Die rode draad is ook terug te vinden in de slogan die Oris tegenwoordig gebruikt en die meteen de collectie beschrijft. ‘Real watches for real people’. Want of het nu gaat om de horloges voor dagelijks gebruik of voor de duiker die onder extreme omstandigheden zijn werk doet, met deze slogan in het achterhoofd wordt elk horloge gemaakt. Een no-nonsense merk, van 1904 tot 2014.

Het historische verhaal van Oris begint in 1904 als twee horlogemakers besluiten om hun krachten te bundelen en samen een bedrijf op te richten. Paul Cattin en Georges Christian zijn afkomstig uit het horlogemakers-stadje LeLocle, maar vinden een geschikt onderkomen in Hölstein, gelegen in het noordelijke Jura-gebergte. Ze kopen de kort daarvoor gesloten Lohner & Co horlogefabriek en op 1 juni 1904 zitten ze bij de notaris om het contract te ondertekenen. Ze noemen hun merk Oris, naar een nabijgelegen beekje met dezelfde naam. Hun doel: op een industriële manier horloges maken, horloges voor een grote groep mensen. Paul Cattin en Georges Christian hebben waarschijnlijk niet kunnen vermoeden dat hun Oris zou uitgroeien tot een van ’s werelds leidende horlogemerken, maar ze maken een voortvarende start.


110 Years Limited Edition

foto_kader_01

Kaliber 110, dat deze 110 Years Limited Edition aanstuurt, is hét symbool voor de comeback van Oris. Het kaliber 110, het eerste eigen uurwerk in 35 jaar tijd, brengt twee eigenschappen samen die nog niet eerder in een horloge zijn gecombineerd: een gangreserve van tien dagen en een non-lineaire gangreserve aanduiding. Aan dit kaliber werd tien jaar gewerkt door horlogemakers en ontwerpers, technisch specialisten en de L’Ecole de Technique Le Locle. In tegenstelling tot horloges met een vergelijkbare gangreserve maakt Oris gebruik van slechts één veerton. Hierbinnen bevindt zich de zeer fijne veer die uitgerold een lengte heeft van 1,8 meter. Door de afmeting terug te dringen, kon worden voorkomen dat kaliber 110 te groot zou worden. De gepatenteerde non-lineaire gangreserve aanduiding op 3 uur telt met de klok mee af van tien dagen tot nul, langzaam in het begin en sneller op het laatst. Dit geeft de drager een duidelijk beeld van de tijd die nog rest totdat het horloge opnieuw moet worden opgewonden. Als limited edition (110 exemplaren) is dit horloge er in staal of roségoud.


In 1910 is Oris met driehonderd medewerkers de grootste werkgever in de regio en in 1925 zijn er fabrieken in negen andere plaatsen. Even lijkt een voortijdig einde te komen aan het verhaal van Oris als in 1927 Georges Christian als tweede van de beide oprichters komt te overlijden. De toekomst lijkt onzeker, maar het is Jacques David LeCoultre, de man die later samen met Edmond Jaeger het merk Jaeger-LeCoultre zou oprichten, die met een groep investeerders te hulp schiet. Onder zijn leiding kan een nog betere kwaliteit uurwerken worden gerealiseerd. Hij benoemt Oscar Herzog, de zwager van Georges Christian, tot general manager, een positie die hij 43 jaar zou bekleden. De tweede wereldoorlog is ook voor veel horlogemerken een moeilijke tijd, maar de periode 1950-1975 kan worden gezien als de gouden jaren van de Zwitserse horloge-industrie. Begin jaren zeventig behoort Oris tot de tien grootste horlogeproducenten ter wereld. Met uitzondering van de wijzers, spiraalveren en robijnen worden alle onderdelen in eigen huis gemaakt. Zo’n achthonderd medewerkers produceren 1,2 miljoen klokken en horloges per jaar.

Hoogtepunten

Een hoogtepunt en vaste waarde in 110 jaar Oris is de Pointer Calendar. De Pointer Calendar wordt voor het eerst gepresenteerd in 1938 en geeft de datum aan met een centrale wijzer met een rood uiteinde die langs een ring met de datum beweegt. De rode pijlpunt heeft inmiddels plaatsgemaakt voor een maanvorm, maar de kleur rood is gebleven voor een duidelijke afleesbaarheid. Bovendien past deze bij de altijd rode Oris-rotor als deze zichtbaar is door een glazen kastbodem.

Een tweede wapenfeit waar Oris bekend om staat, is de Big Crown. De oversized kroon werd aanvankelijk ontworpen voor piloten die met hun handschoenen moeite hadden een normale kroon te bedienen, maar vandaag de dag is de Big Crown vooral om esthetische redenen populair. De Big Crown heeft bovendien zijn naam gegeven aan een van de collecties van Oris.

Het dieptepunt

Waar het overlijden van de oprichters en twee wereldoorlogen Oris niet konden stoppen, lukt dat een nieuwe vinding uit Japan bijna wel. Het quartz uurwerk zorgt er eind jaren zeventig en begin jaren tachtig voor dat negenhonderd Zwitserse bedrijven de deuren moeten sluiten. Tweederde van de werknemers in de horlogebranche raakt zijn baan kwijt. Ook Oris, sinds 1970 onderdeel van de General Watch Company (die later de Swatch Group zou worden), heeft het zwaar. Het bedrijf is op sterven na dood als general manager Rolf Portman en hoofd marketing Ulrich W. Herzog in 1982 besluiten tot een management buy-out en Oris SA oprichten.

Hun strategie is opvallend. Waar andere merken ervoor kiezen om van een groep deel te gaan uitmaken, willen zij juist onafhankelijk zijn. Het quartz uurwerk laten zij voortaan links liggen om terug te gaan naar de heritage van Oris en zich weer volledig te richten op horloges met een mechanisch uurwerk. Een dapper besluit, maar wel een besluit dat goed heeft uitgepakt, zo blijkt als we Ulrich W. Herzog in april tijdens de internationale horlogebeurs Baselworld spreken. Er zijn weliswaar 32 jaar verstreken sinds hij de leiding in handen kreeg, maar Oris is nog altijd onafhankelijk, behoort tot de weinige merken die uitsluitend mechanische horloges maken én het heeft weer een eigen mechanisch uurwerk gemaakt.


Art ix Pointer Moon

foto_kader_03

De Artix-familie is dit jaar uitgebreid met de Pointer Moon. In dit horloge wordt de maanfase aangegeven met de Pointer-wijzer, op een vergelijkbare manier als de Pointer Calendar die Oris al in 1938 bedacht om de datum aan te duiden. De Pointer Moon wijzer beweegt elke halve dag een stapje verder en legt zo de hele maanfase af. De module van het kaliber 761, gebaseerd op het SW220 kaliber, is een voorbeeld van hoe Oris ook met de ontwikkeling van modules op basisuurwerken van derden weet te innoveren.

Ulrich W. Herzog is dan ook duidelijk een tevreden man. Al kan hij zich zijn beginjaren bij Oris nog maar al te goed herinneren. “Het was een moeilijke tijd. Onze belangrijke markten zoals Zuid- Amerika en Groot-Brittannië stortten in”, vertelt Herzog die het vooral moeilijk had met het sluiten van de eigen manufactuur in 1982. “We waren in een periode beland dat we ons eigen gezicht kwijt raakten. Het is niet fijn om je identiteit te verliezen. Wat volgde was een hobbelige weg met veel spannende momenten.”


Eigen uurwerk

Dat het mechanische uurwerk nog toekomst had, wist Ulrich W. Herzog toen hij in de jaren tachtig naar Japan reisde. Hij merkte hier een toegenomen belangstelling voor het mechanische uurwerk op en zag de Japanners, nota bene de uitvinders van het quartz uurwerk, als trendsetters op dit gebied. Halverwege de jaren negentig was Oris afgestapt van het quartz uurwerk, klaar voor de revival van de Zwitserse horloge-industrie die in de jaren die volgden weer tot bloei zou komen.

Met het sluiten van de eigen manufactuur was echter een einde gekomen aan de eigen uurwerken van Oris, dat overstapte op de uurwerken van Eta. Wel is het zich altijd blijven bezighouden met de ontwikkeling van eigen modules daarop. “We ontwikkelden het ene model na het andere. We brachten bijvoorbeeld als eerste de regulateur in een duikhorloge. We proberen het altijd net een beetje anders te doen”, vertelt Ulrich W. Herzog. “Een groot succes was bijvoorbeeld de Meistertaucher en we kwamen met de Worldtimer, met een module van 120 onderdelen. We zijn altijd onze eigen modules blijven ontwikkelen.”

Kaliber 110

In de jaren tussen 1904 en 1981 heeft Oris 229 eigen kalibers ontwikkeld, maar daar kon het wat Ulrich W. Herzog betreft niet bij blijven. “In 2003 had ik een droom: Oris moest weer eigen uurwerken gaan maken. We waren hiertoe in staat omdat we altijd eigen modules zijn blijven maken. Die kennis was dus niet verloren gegaan.” Oris legde de lat meteen hoog voor zichzelf. Een uurwerk met een gangreserve van tien dagen, daarvoor gebruik makend van slechts een enkele veerton. Zo moest het worden en in 2008 ging het merk hiermee aan de slag. Dit jaar presenteerde Oris het kaliber 110, het eerste eigen uurwerk in 35 jaar tijd. “Het vroeg lef, maar met dit uurwerk geven we nu een vervolg aan onze heritage als uurwerken manufactuur”, stelt Ulrich W. Herzog tevreden vast.

Ulrich-W.-Herzog

Ulrich W. Herzog

Ulrich W. Herzog draagt de 110 Years Limited Edition met trots. In de 36 jaar die hij nu voor Oris werkzaam is, heeft hij het merk zien instorten en weer opkrabbelen met dit horloge met eigen uurwerk als resultaat. Hij ziet er op zijn 70ste echter niet uit alsof zijn werk er nu op zit. “Deze stap voelt goed en ik heb veel plezier in mijn werk. We zijn allemaal erg gelukkig hier en wereldwijd zijn de reacties zeer positief, maar dit is slechts het begin. We willen weer de industrieel zijn en series gaan maken. We zullen er heel hard voor werken om nog meer fantastische nieuwe dingen te lanceren!”


Artelier Jumping Hour

foto_kader_05

Dat Oris een voorkeur heeft voor het traditionele horloge, betekent wat het merk betreft niet dat er geen ruimte is voor innovatie. Een voorbeeld daarvan is de Artelier Jumping Hour met een digitale aanduiding van de uren. Een aanduiding bovendien waarbij de uren in een keer verspringen en niet langzaam het volgende uur in beeld schuift. Op de zilver geguillocheerde wijzerplaat zijn op twee elkaar gedeeltelijk overlappende tellers de minuten en seconden af te lezen. Het uurwerk is het kaliber 917 met de voor Oris kenmerkende rode rotor.


Big Crown ProPilot Alt imeter

foto_kader_04

Meer dan 75 jaar nadat Oris haar eerste pilotenhorloge produceerde, lanceert het merk het meest innovatieve horloge in haar geschiedenis: de Oris Big Crown ProPilot Altimeter, een automaat met mechanische hoogtemeter. Het nieuwe horloge is volgens Oris ’s werelds eerste, gepatenteerde automatisch mechanische horloge met een mechanische hoogtemeter.

De Big Crown ProPilot Altimeter is door Oris speciaal ontwikkeld om te dienen als high-performance instrument voor piloten, bergbeklimmers, onderzoekers en wetenschappers die op grote hoogte werken. De robuuste stalen kast (47 millimeter) herbergt een automatisch uurwerk en een Zwitserse, mechanische hoogtemeter en barometer. De Big Crown ProPilot Altimeter heeft twee kronen. De kroon op 2 uur is een conventionele kroon om tijd en datum in te stellen en om het horloge zo nodig op te winden (het automatische uurwerk heeft een gangreserve van 38 uur). Een tweede geschroefde kroon op 4 uur bedient de hoogtemeter. De hoogteschaal bevindt zich langs de buitenste wijzerplaatring en meet hoogtes tot 15.000 voet of 4.500 meter. Er zijn twee modellen geproduceerd, één met een schaalverdeling in voeten en één in meters. De luchtdrukschaal ligt verdiept tussen de hoogteschaal en de centrale wijzerplaat.